134069 SE Dutch Area Studies (2022S)

Ze zijn de laatste jaren voortdurend in het nieuws: mensen die huis en haard verlaten en een toekomst in Europa zoeken. Die migratie verloopt vaak dramatisch en stelt hulporganisaties voor grote problemen. Maar het politieke en maatschappelijke debat in Europa vooral gedomineerd door de vraag of nieuwkomers zich wel voldoende (kunnen) aanpassen. Daarin spelen begrippen als ‘identiteit’ en ‘integratie’ een centrale rol.
Ten gevolge van de dekolonisatie in de tweede helft van de vorige eeuw vertrokken ook vele mensen vanuit diverse werelddelen naar het voormalige moederland in Europa. Hoe verliep hun integratieproces, welke lessen zijn daar eventueel uit te leren, en hoe bepalen zij en hun (klein)kinderen tegenwoordig hun identiteit?
Om de positie van mensen met een koloniale achtergrond in Nederland en België te kunnen begrijpen, moeten we ons uiteraard ook verdiepen in het koloniaal verleden van beide landen: de koloniale politiek in Nederlands-Indië, Suriname en Congo, de relatie tussen verschillende bevolkingsgroepen, de koloniale oorlogen die voorafgingen aan de uiteindelijke onafhankelijkheid, de migratie naar het voormalige moederland en de manier waarop zij werden ontvangen. Een beladen verleden dat, zo blijkt uit actuele discussies over het slavernijverleden of de koloniale oorlogen, nog lang niet afgesloten is.
Na afronding van de cursus:
+ hebben deelnemers inzicht in het koloniaal verleden van Nederland en België en de redenen voor (re)migratie van postkoloniale migranten naar Nederland en België;
+ kunnen deelnemers relevante begrippen als integratie, identiteit en culturele diversiteit adequaat hanteren;
+ kunnen deelnemers bronnen identificeren en interpreteren om vragen rond integratie en culturele diversiteit te kunnen onderzoeken.